In het Gemeente Museum in Den Haag waar ook onze door Jacob Maris geschilderde (bet)overgrootmoeder zich bevindt (zie bericht 9 november 2016), is nu -nog t/m 28 oktober 2018- een schitterende tentoonstelling te bewonderen, getiteld ‘Art Nouveau in Nederland’.
Twee vazen, geglazuurd aardewerk met paardenbloem-motieven, 1896
De tentoonstelling laat ons prachtige voorbeelden zien van slaapkamer- en salonmeubelen, geglazuurd aardewerk, mode, klokken, lampen, kamerschermen, vloerkleden en last but not least tekeningen en lithografieën van planten en vissen en andere natuurvoorwerpen, allenaal zeer verfijnd ontworpen en uitgevoerd.
Lithografieën uit Nederlandsche Planten / dr. J. Ritzema Bos
Verheugd was ik te zien dat ook enkele werken uit mijn vaders bibliotheek, hier als museumstukken worden getoond, zoals boeken van Louis Couperus en Frederik van Eeden en Nederlandsche Planten van dr. J. Ritzema Bos en Onze Flora door dr. A.C. Oudemans. Dankzij mijn vader ben ik in het bezit van de volgende originele Couperus-drukken: Wereldvrede. [Amsterdam: L.J. Veen, 1895]; Hooge Troeven. [Amsterdam: L.J. Veen, 1896. Erfstuk van een oudoom van mijn moeder en voogd van mijn grootvader, Oom Jan Munk]; Metamorfose. [Amsterdam: L.J. Veen, 1897]; Psyche. [Amsterdam: L.J. Veen, 1898]; De boeken der Kleine Zielen. Deel 1 Het heilige Weten. [Amsterdam: L.J. Veen, 1901]; Proza. [Amsterdam: van Holkema en Warendorf, 1923?].
Ook de boeken van Frederik van Eeden waren mijn vader dierbaar. Nu in mijn boekenkast staan de schitterend met O.I. Kers geornamenteerde De Kleine Johannes deel 1 (’s Gravenhage: N.V. Boek- en Kunstdrukkerij v.h. Mouton en Co, 1936, vijftiende druk; hij kreeg dit boek van het personeel van zijn afdeling op zijn verjaardag in 1941), deel 2 (Amsterdam: W. Versluys, 1905) en deel 3 (Amsterdam: W. Versluys, 1906).
Het meisjesboek van mijn moeder, Top Naeffs School-idyllen (Amsterdam, 1900) heb ik helaas niet meer. En wat ik echt miste op de tentoonstelling was Gedichten van den Schoolmeester (Gerrit van de Linde), uitgegeven door Mr. Jacob van Lennep, Amsterdam: Gebrs. E. & M. Cohen. Ook deze boeken waren prachtig geïllustreerd in Art Nouveau-stijl. Het gedichtenboek van de Schoolmeester is een erfstuk van mijn man’s oudoom Andreas Sibren Groustra. In zijn boek staat zijn naam geschreven en daaraan toegevoegd: 2de officier op de S.S. Houtman, een schip van de Koninklijke Paketvaart Maatschappij (K.P.M.), dat voer op Java en Australië. Ik kan me voorstellen dat Oom Andreas wel eens zin had op zijn lange tochten om een gedicht van de Schoolmeester te lezen.
De boot van Oom Andreas Sibren Groustra
Tenslotte nog drie afbeeldingen, de eerste twee van motieven van O.I. Kers uit: Handleiding bij het ontwerpen van motieven van plantformen / A.A. Tekelenburg. Amsterdam: Van Looij, 1913; en de laatste uit Onze Flora / dr. A.C. Oudemans. Zutphen: W.J. Thieme en Cie, 1900, een erfstuk van mijn overgrootvader. Het laatste heb ik al eens eerder ter sprake gebracht in verband met zijn apothekersboeken.
Wat je al niet aan familiegeschiedenis naar bovenhaalt, als je een tentoonstelling over Art Nouveau bezoekt! Mijn vader, mijn overgrootvader, mijn moeder, mijn man’s oudoom, mijn moeders oudoom! Wat een herinneringen!