Categoriearchief: Interieur

Kerstconcert Nieuwe Kerk en het wonder van de orgelluiken

Mijn schoonzoon Walther Schoonenberg was uitgenodigd voor het Kerstconcert (orgelconcert) in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Ik mocht mee omdat mijn dochter in de St. Nicolaaskerk moest zingen met de Schola Cantorum Amsterdam. Na het welkomswoord van directrice Annabelle Birnie, voltrok zich een klein wondertje. We zaten op de eerste rij en moesten heel erg omhoog kijken om te zien hoe het orgel zich opende. Nooit had ik beseft dat de orgelpijpen, als het orgel niet bespeeld werd, achter zulke schitterende gebogen beschilderde (door Jan Gerritsz. van Bronckhorst) luiken schuil gingen. Voordat het concert begon werden deze ‘luiken’ dus geopend, Fascinerend hoe dat onzichtbaar (op de foto zie je de touwen die aangetrokken werden over een katrol denk ik) in zijn werk ging.

Kerstconcert Nieuwe Kerk Amsterdam, 2024. De luiken, beschilderd door Jan Gerritsz. van Bronckhorst  worden geopend. Foto Carla Oldenburger

We hebben genoten van het concert, vooral van het sluitstuk, Toccata in F van Bach, schitterend gespeeld door organist Henk Verhoef, organist van de Nieuwe Kerk en organist en beiaardier van de Vrije Universiteit en leider van het vocaal ensemble Camarata Oude Kerk.

Na de grote brand van 1645 werd aan Hans Wolff Schonat de opdracht voor een nieuw orgel gegeven, in een kas naar ontwerp van Jacob van Campen.

Dank voor de uitnodiging Annabelle Birnie, directrice van de Nieuwe Kerk en het H’ArtMuseum Amsterdam, we hebben genoten.

Kasteel Rechteren, het water en de ontwerpen van Leonard Springer

Het hoge water heeft de aanleg van de tuinen bij Kasteel Rechteren altijd parten gespeeld.

Topografische Kaart Nederland.  Linker kaart detail Rechteren 1896;                                                     Rechter kaart detail Rechteren op zelfde schaal 2023

Kasteel Rechteren met zijn ronde veertiende-eeuwse toren, is het meest indrukwekkende bouwwerk van de omgeving. Op het gebied van tuinarchitectuur is Rechteren echter altijd karig bedeeld gebleven. Mogelijk is het vroeger regelmatig onderlopende rivierenlandschap hier de oorzaak van.

Abraham de Haan, 1729. Achterzijde Kasteel Rechteren. Het kasteelterrein is ommuurd en omgracht. Foto Wikipedia
Kasteel Rechteren ligt eigenlijk op een eiland,  in een landschappelijk gestileerde waterpartij, aan een dode arm van de Overijsselse Vecht. Deze aanleg bestaat deels uit een vergraving van de oorpronkelijke omgrachting van het slot, deels uit de vroegere stromende Vecht en moet omstreeks het begin van de negentiende eeuw gerealiseerd zijn. Voor het eerst te zien op de Top. Militaire Kaart 1850.
De ronde toren dateert uit 1320 en ook de woonvleugel stamt nog uit de middeleeuwen.
Tuinen vóór en opzij (NO_zijde) van Kasteel Rechteren. Ontwerp Leonard Springer, 1911. Collectie Speciale Collecties WUR
Het huis werd vele malen verbouwd en had in de negentiende eeuw de allure van een landpaleis. Van 1909 tot 1919 heeft de tuinarchitect L.A. Springer hier voor het huis en opzij van het huis neo-barokke parterres ontworpen en aangelegd, zowel een cirkelvormige op het voorplein als rijk gedecoreerde sierperken binnen de omgrachting aan de NO-kant van het kasteel.
Hoe lang deze decoratieve parterres zijn gehandhaafd is onduidelijk. Toen Springer in 1935 de opdracht kreeg de randbeplanting langs het water nabij het kasteel te veranderen, tekende hij zelf een bloementuin in een andere vorm dan in 1911 en noteert hij het gedeelte achter de oostelijke zijvleugel, als rozentuin. Op onderstaande foto is ook al duidelijk dat de siertuin vereenvoudigd is. We zien alleen enkele vormbomen en gras. Achter de siertuin heeft altijd de moestuin gelegen. Op bovenstaande recher kaart uit 2023 is de plaats van de moestuin nog duidelijk te herkennen aan de rode lijnen (moestuinmuren) binnen de omgrachting. In de nieuwste plannen werd een boomgaard op die plaats getekend.
Kasteel Rechteren te Dalfsen. Met ronde parterre van Leonard Springer op het voorplein (1911).  Het lijkt of de p`rterre achter het kasteel al sterk vereenvoudigd is. Luchtfoto 1928. Foto Website Kasteel Rechteren
Het landgoed (1225 ha.) heeft een agrarisch karakter met zeer oude boerderijen. Vanaf de weg is het kasteel te zien, maar de omgeving rondom is niet toegankelijk. In de omliggende rivierduinbossen is wandelen toegestaan.
staat een uitgebreide fotoreportage uit 1909 afgebeeld.  Wel veel foto’s van de rijke interieurs, maar geen foto’s van de neo-barokke parterretuin ten noordoosten van het kasteel. Maar waarschijnlijk was die net nog niet gerealiseerd. Eén foto is afgebeeld van de cirkelvormige bloementuin die voor het huis was gelegen en tegenwoordig ook vereenvoudigd is tot een grascirkel.
Deze beschrijving is deels overgenomen uit de Gids voor de Nederlandse Tuinarchitectuur, deel 1 (1995). Auteurs: Carla Oldenburger-Ebbers, Anne Mieke Backer en Eric Blok.

Kleuropdracht trappenhuis Oudezijds Achterburgwal

Ons bureau heeft weer een kleuropdracht ontvangen: een trappenhuis op de Oudezijds Achterburgwal. Dat is natuurlijk een specialiteit van Juliet; zij wordt er steeds meer ervaren in.

Juliet en het kleurentrapje van trappenhuis Oudezijds Achterburgwal. Foto Walther Schoonenberg

Kleur in de architectuur is (sinds 2015) een nieuwe richting van ons bureau. Wij doen onderzoek naar historisch kleurgebruik en maken ontwerpen voor de toepassing van kleur op gevels en in interieurs.          De kleuren worden gebaseerd op (kleur)historisch onderzoek -het maken van en het werken met een kleurentrapje is de eerste stap, zie foto-, de plaatselijke bouwtraditie en praktische kennis van historische verfpigmenten. De eerste opdracht was in 2015  en betrof het houtwerk van het huis ‘De Ladder Jacobs’ aan de Oudezijds Voorburgwal. Hierna volgden enkele andere huizen in Amsterdam, een hele gevelwand bestaande uit vijf huizen in de Egelantiersstraat, een aantal gevelstenen (o.a. in het Egelantiershofje), delen van een kerkinterieur (Vermaning Middenbeemster) en het uithangbord van de Doopsgezinde Kerk aan het Singel. 

Nieuwe (boven) en oude (beneden) uithangbord van Doopsgezinde Kerk aan het Singel Amsterdam. Foto’s Walther Schoonenberg

Een van de kelders van het Aalsmeerder Veerhuis is nu als kleur-atelier ingericht. Hier vindt het voorbereidend onderzoek plaats en worden de kleinere opdrachten onder handen genomen, zoals het uithangbord van de Doopsgezinde Kerk.

Juliet Oldenburger in het kelder-atelier (Aalsmeerder Veerhuis), waar de ontwerpen voor gevelkleuring op basis van kleurentrapjes worden gemaakt. Foto Walther Schoonenberg

Het onderzoek in het trappenhuis Oudezijds Achterburgwal wees uit dat het houtwerk oorspronkelijk was ‘gehout’ in verschillende donkere houtkleuren (eiken), vervolgens in verschillende lichte houtkleuren, dan in verschillende tinten die hout moesten imiteren -een soort roodachtige okers-, dan gele okers en vervolgens verschillende kleuren groen. Gekozen is nu voor het terugbrengen van twee okerkleuren. Al het houtwerk in het trappenhuis (trap en deuren etc.) wordt dus okergeel.

Tenslotte nog een foto van het huis op de Oudezijds Achterburgwal

Het meest rechtse huis is het huis waarvan het trappenhuis nu (2024) wordt geschilderd in oker, na kleuren-onderzoek door Juliet Oldenburger. Collectie Stadsarchief Amsterdam-

Mei-vakantie in Italië en Amsterdam

(284) Wij zijn met vakantie, maar willen onze trouwe lezers ook wel laten mee genieten met enkele mooie en interessante natuur en kunst die we zoal tegenkomen. Juliet reist in Italië (foto’s Paestum en Villa Oplontis) en Carla zit op het werkadres in Amsterdam (foto’s Rijksmuseumtuin en Tulpen ‘Museum’) Enige foto’s zeggen meer dan woorden.

Zie ook het al eerdere geplaatste Bericht op 28 april, https://www.oldenburgers.nl/2022/04/28/tuin-van-de-hesperiden-in-de-villa-poppaea-villa-oplontis/

Juliet in Paestum. Foto Walther Schoonenberg
Villa Oplontis in Oplontis. Pauw in aviarium. Foto Walther Schoonenberg
Villa Oplontis in Oplontis. Foto Walther Schoonenberg
Tulpen voor de deur van het Tulpen ‘Museum’ op de Prinsengracht te Amsterdam. Foto Carla Oldenburger
Deeltuin Rijksmuseum. Voorzijde links. Foto Carla Oldenburger
Detail voorgaande foto

Winter(tuin) in Amsterdam in vroeger dagen

(259) Gisteren werd een nieuw fotoboek van Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier aangekondigd, getiteld ‘WINTER IN AMSTERDAM’. De foto’s zijn van Marie-Jeanne en deze gaan gepaard met een essay van Oek de Jong. Het boek zal door Waanders worden uitgegeven. De dag van verschijnen is 17 november 2021.

Als grapje vroeg ik aan Marie-Jeanne of er ook een foto van de WINTERTUIN VAN KRASNAPOLSKY in het boek voorkomt, hoewel ik natuurlijk begrijp dat het begrip ‘Wintertuin’ niet strikt valt onder de titel ‘Winter in Amsterdam’. Daarom dit berichtje op onze eigen website, met mooie plaatjes van de prachtige Wintertuin van Krasnapolsky (op de hoek van de Dam en de Warmoestraat in Amsterdam) in vroeger dagen.

De foto’s en prentbriefkaarten zijn overgenomen van de Beeldbank van de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad (VVAB), die vele foto’s bevat van Amsterdamse grachten, straten, pleinen, parken, tuinen etc.

Wintertuin van Café Krasnapolsky. Zicht van bovenaf op de met rood-wit-blauwe linten versierde zaal met Thonet-café-stoelen. Vóór 1905 (waarschijnlijk 1898, het jaar van de inhuldiging van Koningin Wilhelmina)
Prentbriefkaart als boven, maar uitvoering zwart/wit. Kelner 1 Snaps heeft van deze kaart zijn visitekaartje gemaakt. Vóór 1905 (waarschijnlijk 1898)
Merkteken / Logo van Fa. Thonet Wenen, vanaf 1881
De Wintertuin van Krasnapolsky met Thonetstoelen en een aantal tafels met tafellaken. Een enorm hoog planten-ornament in het midden en ook hangende planten. Na 1905
De wintertuin van Hotel Krasnapolsky. Met gedekte tafels en Thonetstoelen met gebogen rugleuning en spijlen. Vóór 1921

De indeling en versiering van de zaal, de modellen van de stoelen, de rood-wit-blauwe linten, de aanwezigheid van kroonluchters etc. zijn alle elementen die helpen het jaartal van de inrichting te bepalen.

DIASHOW: HAND-TAPIJTKNOPERIJ KINHEIM BEVERWIJK (1910-1973)

https://www.slideshare.net/CarlaOldenburger/carpet-factory-kinheim-beverwijk-kleur-designers-orders-catalogue-exhibitions

(884 x bekeken op Slideshare.nl)

(234) Gisteren (19 maart 2021) stond er in de dagelijkse Berichten van het tijdschrift MONUMENTAAL een artikeltje over Deventer Tapijten in Huis van Brienen (Herengracht 282, Amsterdam).

Deventer tapijt in Huis van Brienen Amsterdam

Deze tapijten werden in Deventer vervaardigd in de  Koninklijke Deventer Tapijtfabriek (1797-1978). Maar er waren meer tapijtfabrieken, waaronder de Hand-tapijtknoperij Kinheim te Beverwijk (1910 tot 1973). De grootste collectie tapijten uit Beverwijk bevindt zich in Museum Kennemerland te Beverwijk. Op de website van dit museum staat onder meer te lezen:
“Hendrik Godefridus Polvliet startte volgens het handelsregister de Tapijtknoperij ‘Kinheim’ op 1 september 1910 aan de Zeestraat 104 te Beverwijk. Oorspronkelijk zat het bedrijf aan de Vondellaan in Beverwijk, toen nog Spargielaan geheten. Zijn vrouw, mevrouw C.M. Polvliet – Van Hoogstraaten (1883-1966), was daar al in 1909 gestart met de handtapijtknoperij ‘Kinheim’. Op kleine schaal werden hier met de hand tapijten geknoopt. Zie verder het hele document van het museum en bovenstaande diashow.

CREOOLSE (?) geschilderd in Atelier door Simon W. Maris, Keizersgracht 498, A’dam

(231) De bekende Amsterdamse portretschilder Simon W. Maris (1873-1935) was een zoon van de beroemde landschapsschilder Willem Maris (1844-1910) en een achterneef van onze (over)grootmoeder Carolina Sophia Vogelesang. Sinds 1901 was hij de gelukkige eigenaar van pand Keizersgracht nr. 498 te Amsterdam. Zie de archieffoto hier beneden afgebeeld.

Zijn portret Isabella zien we deze maanden veel afgebeeld in verband met de tentoonstelling Slavernij, te bewonderen vanaf het moment dat de deuren van het Rijksmuseum na de lockdown weer open gaan. De voormalige titel van het schilderij is ‘Indisch type, Oostersch meisje zittend in een fauteuil’, later ook aangeduid als ‘Indisch type’ of ‘Negerinnetje’.

De keuze van dit schilderij op de affiche van de tentoonstelling heeft te maken met het feit dat het museum de nadrukkelijke wens koestert ‘inclusief’ te werken, dwz. voor IEDEREEN. Ook bij de presentatie van schilderijen streeft men er naar voor allen, ongeacht ras, stand of afkomst, toegankelijk, interessant en aantrekkelijk te zijn.

Simon Maris. Isabella (voormalige titel: ‘Indisch type; Oostersch meisje zittend in een fauteuil’). Ca. 1906. Olieverf op doek. 41 × 29 cm. Amsterdam, Rijksmuseum

 

Foto’s van Isbella (ca. 1906), genomen door Simon Maris in zijn atelier.. Coll. RKD Den Haag

 

Zoals gezegd voorheen werd dit meisje aangeduid als ‘Indisch type’ of ‘Negerinnetje’. Nu zouden we zeggen een nakomelinge van een tot slaaf gemaakte voorouder. Uit recent (2020) onderzoek is gebleken dat haar voornaam Isabella was. De identificatie kwam tot stand door teruggevonden foto’s en verwijzingen in het archief van de schilder. Haar leeftijd wordt geschat op ongeveer twaalf jaar, -volgens schatting van het Rijksmuseum- toen zij in Maris’ atelier op de Keizersgracht 498 poseerde voor haar portret.

Is Isabella werkelijk een Indisch / Oostersch type of Negerinnetje? Dat is moeilijk af te lezen van dit portret. Mogelijk een Hindoestaans meisje of een Creoolse. Een mix was niet gebruikelijk aan het begin van de twintigste eeuw. Had Simon mogelijk een voorliefde voor getinte vrouwen uit andere landen omdat zijn eigen voorgeslacht ook uit een ander land (Tsjechië / Praag) afkomstig was? Zijn overgrootvader Wenzel Maresch had immers zijn vaderland verlaten om deel te nemen aan de oorlog tussen Oostenrijk en Frankrijk en was uiteindelijk (ca. 1806) in Amsterdam terecht gekomen. Daar vestigde hij zich eerst als steenhouwer, later werd hij boekdrukker in Den Haag. Het is bekend dat Simon tijdens WO I ook een serie portretten maakte waar een Roma-familie model voor stond. Deze familie was gestrand met een Duits schip voor de haven van IJmuiden en Simon zorgde -als lid van een liefdadigheiscomité- er voor dat deze familie in Amsterdam onderdak kreeg.

 

Keizersgracht 498 (dichtbij de Leidsestraat), middelste huis, in 1901 gekocht en verbouwd door Simon Willem Maris. Hij liet de 3de en 4 de verdieping verbouwen tot een groot schildersatelier, met een groot raam op het noordoosten
Sigmund Löw (toegeschreven aan), 1905. Simon Maris in zijn atelier op Keizersgracht 498, Amsterdam. Collectie RKD Den Haag.

Een portret van een donkere man, passend bij de komende tentoonstelling in het Rijksmuseum, wil ik in dit verband ook hier afbeelden. Het is een portret dat Juliet tijdens haar opleiding aan de Koninklijke Academie Den Haag heeft gemaakt. De naam van deze jongeman die model heeft gezeten is helaas ons onbekend.

Juliet Oldenburger. Man zit model op de Koninklijke Academie Den Haag. Ca. 1990. Part. Collectie Arnhem

Prenten in de salon van buitenplaats Brakestein (Texel)

(213). Brakestein is een kleine buitenplaats, gelegen tussen Oudeschild en Den Burgh. In 1683 werd Gerrit Barmentlo, commies ter recherche van de Admiraliteit, de nieuwe eigenaar. Brakestein wordt dan omschreven als een ‘huijs staende bij de pedt [put] onder hoogebergh, sijnde twee woningen genaempt Braecken Stee met een beplanten Boomgaert Tuijn ende Vijver met omtrent xvi roeden landt’ [225 m2]. In 1703 laat Gerrit het huis na aan zijn dochter Zara, die omstreeks 1699 getrouwd was met Adriaan Jansz Braeck (1660-1706). Na het overlijden van haar echtgenoot Adriaan, hertrouwt Zara in 1711 met Jacob van Muiden en vertrekt zij met haar zoons Gerrit en Jan Adriaansz naar IJsselstein. In een boedelbeschrijving (1711) valt te lezen dat het huis bestaat uit een voorhuis, klein voorhuis, grote zaal, voorkamer, achterkamer, keuken en eetzaaltje.  In de papieren van de boedelscheiding [regionaal Archief Alkmaar] worden de aanwezige roerende en onroerende goederen opgesomd. Opvallend zijn twee kaarten, een van Het Loo en een van het park van Angiers [Angers? Anguien of Edingen?]. Het meest waarschijnlijke is dat het hier gaat om twee prenten van Romeyn de Hooghe, hieronder afgebeeld. Ter nadere informatie: Anguien is een middeleeuws kasteel in de provincie Henegouwen. Het park is ten dele nog herkenbaar en te bezoeken. Zie ook: https://nl.wikipedia.org/wiki/Park_van_Edingen

Romeyn de Hooghe ca. 1695, ’t Konings Loo. Ook is de centrale prent apart uitgegeven zonder randprenten
Naar Romeyn de Hoogte. ’t Vermaarde Park van Anguien. Ca..1685
Romeyn de Hoogte. Park van Anguien. Ca. 1680

Het doksaal van de cunerakerk in rhenen

15 november 2019 was een bijzondere dag voor historisch geïnteresseerden in Rhenen. De avond stond in het teken van de restauratie van het vroeg-renaissance-doksaal in de Cunerakerk en de aanbieding van een boek over dit onderwerp.

Affiche met doksaal en doksaal op de achtergrond

Het eerste exemplaar van het boek, getiteld Het doksaal van de Cunerakerk in Rhenen en geschreven door Anton van Run (uitgave Stichting Matrijs, Utrecht) werd aangeboden aan wethouder Hans Boerkamp. Het boek ziet er prachtig verzorgd uit, met vele foto’s en uitleg van alle reliëfs, beelden en ornamenten.

Anton van Run. Het doksaal van de Cunerakerk in Rhenen. Utrecht, Stichting Matrijs, 2019

Anton van Run hield een voordracht voordat het boek overhandigd werd. Hij ging in op de betekenis van het doksaal als scheidingswand tussen het priesterkoor en het schip van de kerk en gaf uitleg over de betekenis van de reliëfs. Hieronder is op de volgende foto goed te zien dat het doksaal een scheidingswand is .

Duo Dolce Vita (Maurice Bonnemayers, piano en Lanneke Lie, dwarsfluit) verzorgde de muziek met intermezzi van J.S. Bach, Franz Schubert, Camilie Saint-Saëns en eigen werk van Maurice Bonnemayers.U kunt de restauratie van het doksaal steunen door onder meer lid te worden van de Vrienden van de Cunerakerk.

Het doksaal in volle glorie te aanschouwen tijdens concerten en natuurlijk tijdens kerkdiensten

Dit natuurstenen doksaal is uniek zowel voor Rhenen als voor Nederland. Uiteraard is het een rijksmonument, zoals de hele kerk. Erfgoed van wereldformaat dat wij in Rhenen mogen beheren.

DEFTIGE DIEREN OP KASTEEL AMERONGEN

Kasteel Amerongen. Zwaan en fazant op tafel l in eetzaal Kasteel Amerongen. Foto Carla Oldenburger

Vandaag (11 juli 2019) heb ik een bezoek gebracht aan de tentoonstelling ‘Deftige Dieren’ op Kasteel Amerongen. Ook wilde ik even de buxus-figuren en buxus-randen in de tuin inspecteren, omdat de buxus zoals bekend op vele plaatsen in Nederland is aangetast door de Buxusmot. De tentoonstelling biedt een zicht op vele adellijke dieren zoals paarden, (jacht)honden, poezen, wild, herten, vogels, gevogelte op tafel, konijnen, etc. etc. en dit alles op schilderijen, pastels, tekeningen en gravures, wandtapijten, in stucwerk, houtsnijwerk, zilverwerk, ingelegde kasten, en nog veel meer.

Het bezoek aan de tentoonstelling is alleen mogelijk met een rondleiding, misschien wat minder vrij, maar aan de andere kant hoor en zie je bij rondleidingen misschien toch weer dingen die je nog niet wist. Dat was inderdaad het geval voor mij wat betreft de wandtapijten. In de ‘gobelin’-kamer, die volgens de gids niet zo mag heten want de wandtapijten in deze kamer zijn geen echte gobelins, d.w.z. niet gemaakt in de ‘Manufacture des Gobelins’ in Parijs. Deze kamer is in opdracht van Godard Graaf van Aldenburg Bentinck door architect Pierre Cuypers heringericht en misschien zijn de wandtapijten ook wel door hem naar Amerongen gehaald, maar ze dateren niet uit de tijd van Cuypers, maar volgens de gids vermoedelijk uit het eind van de 17de eeuw. Opmerkelijk is dat de kleuren voor 17de eeuwse tapijten heel erg helder zijn gebleven. De ‘Engelen’ van Kasteel Amerongen hebben met hun bekende ‘engelengeduld’ hier heel lang met heel veel zorg en toewijding aan gewerkt. Dat verdient alle lof!

“Gobelinkamer’ van Kasteel Amerongen. Foto Carla Oldenburger

Tenslotte nog een paar plaatjes van het prachtige 17de eeuwse stucwerk in de Grote zaal (Tuinzaal) en van het bruggen-restauratie-project.

Stucwerk in de Grote Zaal van Kasteel Amerongen. Foto Carla Oldenburger
Man op vlot bezig aan onderhoud van een van de bruggen over de kasteelgracht van kasteel Amerongen. Foto Carla Oldenburger

Ik kan iedereen aanraden de tentoonstelling en het kasteel te bezoeken. En misschien na afloop ook nog een kijkje in de stallen te nemen, waar de paarden werden verzorgd en hun eigen plekje hadden. Nu is het hier heerlijk om een glaasje of iets anders te nuttigen. Als u ook in de tuinen geïnteresseerd bent, dan is het aan te raden dit bezoek te combineren met de paarden- en hondengraven (aangegeven op de plattegrond).

Zie ook de website van Kasteel Amerongen.