NIEUWE TENTOONSTELLINGEN IN SINGER MUSEUM.
Het weer was vandaag (5 sept.) zeer geschikt voor een bezoek aan Tentoonstelling ‘Weer en Wind’ in het Singer Museum Laren. Dreigende luchten die de kleur van bloemen opstookten en temperden en die de bezoeker naar buiten lokten naar de tuin van Piet Oudolf en ook weer naar binnen riepen om de tentoonstellingen bij dit wisselende licht te bekijken. Hoewel wij het tuinontwerp van 1910, gemaakt door Leonard Springer, maar al te goed kennen en misschien ook wel liefst dat plan aangepast en gereconstrueerd hadden willen zien, omdat de eenheid tussen huis en tuin dan misschien scherper tot uiting was gekomen, constateren wij toch dat de tuin van Piet Oudolf zeer geslaagd is.
Eenmaal binnen bezochten we eerst de tentoonstelling ‘Weer en Wind’. Omdat er direct om 11 uur al veel bezoekers waren liep ik direct door naar de laatste zaal met tekeningen en grafisch werk. En daar ontmoette ik direct werk van Charles Donker, zo geliefd in onze familie. Zie hieronder de ets op de tentoonstelling en onze eigen ets waarvan we al heel veel jaren genieten,
De tentoonstelling ‘Weer en Wind’ is opgebouwd in weertypen. Stormen op zee en land, opkomend onweer, dijkdoorbraken, noodweer dat onrust baart, besneeuwde landschappen, avondrood en poëtische mistbanken, vastgelegd door kunstenaars als Hendrick Avercamp, Jan van Goyen, Piet Mondriaan, George Hendrik Breitner, Hendrik Johannes Weissenbruch, Jan Sluijters, Maurits Cornelis Escher en Carel Willink. Kortom schitterende kunst, samen met gedichten uit de publicatie Weer en wind – 100 gedichten en 100 gezichten, samengesteld door Nicolaas Matsier, Helmi Goudswaard en Boudewijn Bakker. Beeldende kunst en poëzie, wat een unieke combinatie! Wat de mooiste schilderijen zijn, is voor iedereen anders. Enkele die mij troffen heb ik gefotografeerd en beeld ik hieronder af.
Opvallend op schilderij van Jan van Kessel hierboven is de houten boombescherming (rechts). Het onderwerp 17de eeuwse boombescherming komt ook ter sprake op de Cascade-weblog.
Zelf hebben we ook een landschapschildering met een dreigende lucht, zo bijzonder, vinden wij zelf, dat het best ook op deze tentoonstelling had gepast. Een landschap met wilgen en dreigende lucht. Het is een olieverf op doek van de schilder Bartholomeus Boogaerdt ’t Hooft (1874- 1943) uit 1915. Hij was lid van Ver. St. Lukas in Amsterdam en heeft een paar maal in het Stedelijk Museum geëxposeerd. Onze grootvader / overgootvader Ebbers heeft dit schilderij waarschijnlijk op een veiling in Amsterdam gekocht.
Na de tentoonstelling ‘Weer en Wind’ viel er nog heel veel meer te genieten, de tentoonstellingen ‘Vrouwenportretten’ en ‘The White Blouse’. De Vrouwenportretten die in deze tentoonstelling hangen zijn voor een deel verzameld door Anna Singer zelf. Alle portretten bevinden zich in de Singer Collectie, ze zijn gedateerd eind 19de eeuw tot eerste helft 20ste eeuw. U ontmoet karakteristieke vrouwen in felle kleuren, geschilderd door de “ultramodernen” Jan Sluijters, Leo Gestel en Kees van Dongen. Verder o.a. Isaac Israels, Albert Neuhuys, Carolus-Duran en Gustave Jean Jacquet.
Ik beeld hieronder een portret af van Isaac israels’ Vrouw op Parijs balkon’, vervaardigd tussen 1903-1934, gevolgd door een schilderij van Jacob Maris, dat ook een vrouw op balkon in Montmartre / Parijs voorstelt, namelijk onze eigen (bet)overgrootmoeder Johanna Hendrika Maris (1852-1924), nicht van Jacob, die volgens de verhalen van mijn grootmoeder (dochter van Johanna Hendrika) hiervoor model heeft gestaan.
Ik eindig met een vrouwenportret uit onze eigen verzameling, dat ik heel graag nog eens nader onderzocht zou willen hebben, een vrouwenportret uit ca. 1870, schat ik. Ik vind dit zo mooi en verfijnd dat ik het graag aan onze lezers laat zien. Tot heden is de schilder onbekend, zo ook de geportretteerde vrouw. Ik denk dat ook dit schilderij, dat misschien al bijna 100 jaar in onze familie is, afkomstig is van een veiling in Amsterdam.
De derde tentoonstelling die ik bezocht en die op zeer bijzondere wijze gekoppeld was aan de “Vrouwenportretten’, was ‘The White Blouse’. Bij het bewonderen van de ‘Vrouwenportretten’ zag ik al vanuit mijn ooghoeken het schilderij ‘Symphony in White’ / The girl in the Muslin Dress’ (ca. 1870) in de volgende zaal hangen. Dit schilderij van James McNeil Whistler (1834-1903) was in 1956 aan Singer Laren geschonken door Anna Singer-Brugh. Het was lang in het depot bewaard totdat enkele jaren geleden het ‘opnieuw ontdekt’ werd als een echte Whistler. Nu heeft dit schilderij uit ca, 1870 een centrale plaats gekregen temidden van 26 gefotografeerde dames en heren, alle kunstwerken van de fotografe Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier.
Zij fotografeerde sinds ca. 2010 dames (en later ook enkele heren en kinderen, o.a. Jenny Arean, Alexandra Radius en Toer van Schayk en onze eigen Juliet Oldenburger) in de witte kanten blouse (uit ca. 1920) van haar oudtante. De directeur van het Singer Museum selecteerde 26 foto’s uit een serie van 75, alle dames en heren in deze blouse. Het zijn zeer fijnzinnige portretten, die op onnavolgbare wijze eenvoud, rust en geluk uitstralen. Wilt u meer weten over deze gepassioneerde fotografe? Zie Agenda van Singer Laren en onze eigen aankondiging van tentoonstelling en bijbehorend boek met tekst van Titus M. Eliëns en foto’s van Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier, fotografe met een schildersziel (ook engelse tekst).